Bij een rustige ademhaling speelt het middenrif de hoofdrol. Dit is een grote koepelvormige spier die je longen naar beneden trekt wanneer je inademt. Ondertussen ontstaat er druk in de buik die de romp van binnenuit stabiliseert. Deze stabiliserende functie heet intra-abdominale druk. Dit systeem beschermt de wervelkolom en zorgt ervoor dat beweging soepel verloopt.
Wanneer iemand te hoog of te snel ademt worden de nekspieren en bovenste borstspieren actiever. Hierdoor ontstaat onnodige spanning in de schouders en zakt de natuurlijke drukverdeling in de romp weg. Het lichaam moet dat compenseren met stijve houdingen en overactieve rugspieren.
Bij mensen met pijnklachten zie je dit patroon vaak terug. De ademhaling zit hoog, het middenrif beweegt onvoldoende mee en de core werkt niet als een geheel. Daardoor raakt het lichaam sneller vermoeid en neemt de belasting op de wervelkolom toe.





